PARAGRAFEN

Lokale heffingen

Woonlasten
De gemeentelijke woonlasten worden als volgt gedefinieerd: het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een woning met gemiddelde waarde in een gemeente betaalt aan OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing, minus een eventuele heffingskorting.
De beleidsuitgangspunten zijn:

  • Voor de periode 2024-2026 (coalitieperiode) worden de woonlasten voor woningeigenaren en huurders en de gemeentelijke lasten voor niet-woningen (totaal van OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing) nominaal niet verhoogd;
  • Voor 2027 is rekening gehouden met het aangenomen amendement van de jaarrekening 2023 voor de bevriezing van de lokale woonlasten 2027. Het aanvullend tekort in 2027 wordt onttrokken uit de Algemene reserve.
  • Vanaf 2028 zijn de tarieven voor afval- en rioolheffingen 85% kostendekkend opgenomen.

Op basis van de bekende parameters van medio 2024 wordt de ontwikkeling van de woonlasten als volgt berekend:

bedragen x €

Lokale lastendruk woningeigenaren, meerpersoonshuishouding

Uitgangspunten

Huishouden (woning in eigendom)

> 1 persoon

Gemiddelde WOZ-waarde koopwoning

348.000

2025

Gemiddelde waardeontwikkeling

8,7%

Gemiddelde WOZ-waarde koopwoning

378.000

2026

2025

2026

mutatie

mutatie tarief

mutatie woonlasten

OZB

439,97

439,97

0,00

0,0%

0,0%

Afvalstoffenheffing

274,21

274,21

0,00

0,0%

0,0%

Rioolheffing

155,30

155,30

0,00

0,0%

0,0%

Totale woonlasten

869,48

869,48

0,00

0,00%

Toelichting

  • OZB
    De woonlastendruk is gebaseerd op de gemiddelde waarde van een koopwoning van € 378.000 (
    Bronnen: CBS en Waarderingskamer ). Deze begrote waarde van een woning wordt als basis genomen voor de gemeente Venlo voor het belastingjaar 2026. Er kunnen wel individuele verschuivingen zijn.
    Jaarlijks is er een herwaardering waarbij alle objecten opnieuw worden getaxeerd naar de waardepeildatum 1-1-2025. De herwaardering of nieuwe taxatieronde WOZ voor belastingjaar 2026 is bij het opstellen van onderhavige begroting nog niet afgerond. In het kader van de herwaardering werken we met de waardepeildatum 1-1-2025. Omdat er op dit moment nog geen zicht is op de waardeontwikkeling van het vastgoed in de gemeente rekenen we in deze begroting voor belastingjaar 2026 met de meest recente waardeontwikkeling van 8,7% (
    bron: CBS ).
    De waardeontwikkeling heeft overigens geen effect op de geraamde OZB-opbrengsten. Volgens bestendig beleid worden de OZB-tarieven verhoogd bij een waardedaling. Bij een waardestijging dalen de tarieven.
  • Afvalstoffenheffing en rioolheffing
    In het kader van stabilisatie woonlasten wordt voor het begrotingsjaar 2026 gekozen voor gelijkblijvende tarieven als in 2025 (zie tevens beleidsuitgangspunten).

De gelijkblijvende tarieven voor OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing houden in dat de gemiddelde woonlastendruk in 2026 niet wijzigt.

Over de periode 2024-2029, zijn de volgende effecten in de woonlastendruk herkenbaar:

Het lijndiagram bevat vier lijnen die de te verwachten woonlastendrukontwikkeling in de periode 2024-2029 laat zien. De onderste lijn toont de ontwikkeling van de rioolheffing, de volgende de afvalstoffenheffing en de derde lijn de ontwikkeling van de onroerendezaakbelasting. De vierde lijn is de optelling van de genoemde drie onderdelen. Vooralsnog is uitgegaan van een stabilisatie van de woonlasten voor de jaren 2025 tot en met 2027 en vanaf 2028 tarieven met een kostendekkendheid van 85%.

Uitgangspunt in bovenstaande grafiek is een constante loon- en prijsindex.

Overige effecten
Naast de effecten op de woonlastendruk brengen wij jaarlijks de gevolgen van de belastingontwikkelingen voor een woninghuurder en voor de categorie niet-woningen in beeld.
Voor de woninghuurder blijven de gemeentelijke lasten gelijk aan die van 2025.
Voor de categorie niet-woningen (ondernemers) leiden de belastingvoorstellen eveneens tot een stabilisatie van de lastendruk in 2026 ten opzichte van 2025.
Dit geldt voor een ondernemer die een bedrijfspand in eigendom en in gebruik heeft. De begrote gemiddelde waarde van een niet-woning wordt niet gepubliceerd.
Benchmark referentiegemeenten
Jaarlijks presenteren wij de ontwikkeling van de gemeentelijke woonlasten van Venlo, afgezet tegen een aantal referentiegemeenten.
De bedragen van de referentiegemeenten worden daarbij weergegeven als percentage van het bedrag van de gemeente Venlo. Het bedrag van de gemeente Venlo is dus gelijkgesteld aan 100%. De gegevens in onderstaande tabel zijn overgenomen uit de ‘Atlas van de lokale lasten’ van het Coelo. Om tot een zo goed mogelijke vergelijkbaarheid van de gemeenten te komen hanteert Coelo een aantal uitgangspunten waardoor de gepresenteerde tarieven kunnen afwijken van de gemeentelijke tarieven. In deze atlas worden de woonlasten vergeleken voor zowel een éénpersoonshuishouden als een meerpersoonshuishouden.

Gemeentelijke woonlasten meerpersoonshuishouden referentiegemeenten

bedragen x €

2021

% van Venlo

2022

% van Venlo

2023

% van Venlo

2024

% van Venlo

2025

% van Venlo

Alkmaar

654

82%

709

79%

749

85%

835

94%

874

99%

Delft

867

108%

1.045

116%

1.078

123%

1.128

127%

1.192

135%

Deventer

815

102%

917

102%

919

105%

940

106%

1.001

113%

Heerlen

815

102%

969

108%

964

110%

993

112%

1.041

118%

Helmond

785

98%

935

104%

974

111%

1.030

116%

1.051

119%

Hengelo

795

99%

901

100%

928

106%

972

109%

996

113%

Hilversum

827

103%

920

102%

938

107%

974

109%

1.044

118%

Leeuwarden

753

94%

868

96%

840

96%

851

96%

898

102%

Maastricht

827

103%

995

111%

1.024

117%

1.022

115%

1.059

120%

Sittard-Geleen

894

112%

1.021

113%

1.108

126%

1.129

127%

1.150

130%

VENLO

800

100%

900

100%

877

100%

890

100%

882

100%

Westland

955

119%

1.016

113%

1.021

116%

1.057

119%

1.081

123%

Gemiddeld

816

933

952

985

1.022

 Het lijndiagram bevat vier lijnen die de woonlasten voor een meerpersoonshuishouden in de gemeente Venlo in beeld brengen, in vergelijking met referentiegemeenten in de periode 2021-2025. Eén lijn laat het gemiddelde zien van alle referentiegemeenten, één lijn geeft Venlo weer en er zijn nog twee lijnen voor de laagste respectievelijk hoogste woonlasten. De woonlasten van de gemeente Venlo bewegen zich in de loop der jaren rondom het gemiddelde maar vanaf 2023 liggen deze ruim onder het gemiddelde.

Ten opzichte van de referentiegemeenten is de positie van Venlo in 2024 verbeterd. In 2022 lag Venlo al onder het gemiddelde en het verschil is steeds verder toegenomen tot € 140 in 2025. In de referentiegroep is er in 2025 nog maar 1 gemeente waarvan de woonlasten lager zijn dan die van Venlo. Gezien de gelijkblijvende woonlasten voor 2026 is de verwachting dat Venlo dan de laagste woonlasten van de referentiegemeenten krijgt.
Ranglijst woonlasten
Uit de Atlas lokale lasten 2025 van het Coelo blijkt dat de positie van Venlo op de ranglijst van de woonlasten het afgelopen jaar beduidend is verbeterd ten opzichte van 2024. De sterke daling in 2025 komt door de stabilisatie van de woonlasten. Venlo zit ruim onder de middenmoot. De verwachting voor 2026 is dat de positie van Venlo op de ranglijst nog verder verbetert omdat de woonlasten stabiliseren ( nummer 1 op de ranglijst heeft de laagste lasten ).

Het lijndiagram bevat twee lijnen die de positie van Venlo op de ranglijst van de woonlasten laat zien ten opzichte van het totaal aantal opgenomen deelgemeenten in de periode 2021-2025.

Als we naar onderstaande grafiek kijken, dan blijkt dat de woonlasten voor meerpersoonshuishoudens in Venlo in 2025 zijn gedaald ten opzichte van het landelijk gemiddelde. De woonlasten voor een meerpersoonshuishouden bedragen in Venlo € 882 ten opzichte van het landelijk gemiddelde van € 1.052.

Het lijndiagram bevat twee lijnen die de woonlasten voor een meerpersoonshuishouden in de gemeente Venlo in beeld brengen ten opzichte van het landelijk gemiddelde in de periode 2021-2025.

Deze pagina is gebouwd op 10/02/2025 16:03:26 met de export van 10/02/2025 15:45:20